Skip to Content

Operatie aan de neus (rhinoplastiek)

In overleg met je behandelend arts heb je besloten dat bij jou een operatie aan de neus (en het neustussenschot) wordt verricht. Deze operatie wordt ook wel een rhinoplastiek genoemd. In deze folder lees je hoe de operatie in Bernhoven verloopt.

Een rhinoplastiek is een operatie onder algehele narcose waarbij de vorm van de uitwendige neus wordt veranderd. Dit brengt met zich mee dat de neusbeenderen vaak op een gecontroleerde manier moeten worden gebroken.

Voorbereiding

Opname

Voor een rhinoplastiek krijg je telefonisch bericht van de opnameplanning zodra de datum van de operatie bekend is. Dit is meestal twee weken voor de operatie.

Spreekuur PPO

De verdoving voor je operatie wordt toegediend door de anesthesioloog (specialist die voor de verdoving zorgt). Voordat een operatie onder anesthesie (verdoving of narcose) kan plaatsvinden, zijn enkele voorbereidingen noodzakelijk. Deze voorbereidingen vinden plaats tijdens het spreekuur Preoperatief Poliklinisch Onderzoek, afgekort PPO. Op het spreekuur PPO spreek je achtereenvolgens een doktersassistente, verpleegkundige en anesthesioloog.

Overzicht medicijnen meenemen

Neem bij een opname of polibezoek altijd een overzicht mee van de medicijnen die je op dit moment gebruikt. Dit kun je bij de apotheek halen. Als de arts medicatie wil voorschrijven, leest hij of zij in het overzicht welke medicijnen je al gebruikt. Zo voorkomen we dat je medicijnen voorgeschreven krijgt die niet goed met elkaar samengaan.

Het overzicht van de medicijnen die je op dit moment gebruikt, wordt bij de apotheek een actueel medicatieoverzicht genoemd, ofwel AMO. Op Actueel Medicatieoverzicht (AMO) lees je er meer over.

Dag van de operatie

Melden

Op de afgesproken dag en tijd meld je je bij de balie van de afdeling B2-West/Shortstay, route 260.

Verdoving

De operatie vindt plaats onder algehele verdoving (narcose). Als voorbereiding op de verdoving krijg je een rustgevend medicijn. Op de operatieafdeling krijg je via een infuus in je arm de verdoving toegediend.

De operatie

Om de operatie goed te kunnen uitvoeren, zijn kleine sneetjes nodig, in en rondom de neus. De KNO-arts maakt onder andere een snede in de huid tussen de neusgaten. Vanuit deze snede wordt de huid losgemaakt zodat de arts de afwijkingen aan het bot en/of aan het kraakbenige deel van de neus kan corrigeren. De arts herstelt ook eventuele afwijkingen aan het tussenschot door een deel te verwijderen of de scheef gegroeide delen los te maken en recht te zetten. Soms worden ook de neusschelpen aan de binnenzijde van de neus kleiner gemaakt. Vervolgens wordt de huidsnede gehecht en worden er twee tampons in de neus gestopt. Als laatste worden er pleisters op de neus geplakt en een gipskapje aangelegd. De tampons zijn tegen het bloeden en zorgen ervoor dat het slijmvlies weer goed vastgroeit. Het gipskapje beschermt de neus tegen druk van buitenaf.

Complicaties

Bij alle operaties kunnen complicaties optreden, gelukkig komen deze maar zelden voor. Na de operatie kan het aangezicht gaan zwellen, met name de oogleden kunnen flink zwellen. Op de operatiedag kan het nog wat bloeden onder- en aan de zijkanten van de neus. Tijdens de operatie krijg je antibiotica toegediend, maar er is altijd kans op een post-operatieve wondinfectie. In dat geval krijg je aanvullende antibiotica. Als laatste is er altijd kans op een teleurstellend resultaat ondanks optimale chirurgie.

Na de operatie

Na de ingreep kom je op de uitslaapkamer. Zodra je goed wakker bent en de controles goed zijn, word je opgehaald door een verpleegkundige van de afdeling. Van de tampons in je neus kun je een drukkend gevoel in de neus en hoofdpijn krijgen. Je kunt niet door de neus ademen en je krijgt daardoor een droge mond. Ook is het mogelijk dat je ogen gaan tranen.

De onderkant van je neus is bedekt met een gaasje. Het gaasje wordt regelmatig verschoond door de verpleegkundige. Enkele uren na de operatie mag je weer wat drinken. In overleg met de arts en de verpleegkundige mag je, als je je goed voelt, 's avonds weer naar huis.

De dag van de operatie of de eerste dag na de operatie mag je uit bed. Het infuus wordt verwijderd. Je mag weer alles eten en drinken. Van de verpleegkundige krijg je instructies over het verwisselen van het verband onder je neus. Je mag naar huis.

De tweede dag na de operatie worden de tampons uit je neus verwijderd. Hiervoor krijg je een poli-afspraak mee. Van de verpleegkundige krijg je instructies over het spoelen en sprayen van de neus. Je krijgt van de verpleegafdeling een instructie mee voor thuis, daarop staat de termijn vermeld wanneer je weer op controle moet komen. Je maakt hiervoor zelf de afspraak bij polikliniek KNO-heelkunde: telefoonnummer: 0413 - 40 19 47.

Snuit je neus niet. Het is beter de neus op te halen.

Naar huis

Wanneer?

In het algemeen mag je dezelfde dag naar huis. Het wordt aanbevolen om de eerste 24 uur na de ingreep opvang geregeld te hebben, zodat je niet alleen bent en zonodig geholpen kunt worden. Bij vertrek krijg je instructies mee voor een neusspoeling om thuis je neus te spoelen. Het spoelen en sprayen zorgen ervoor dat er geen korstjes in de neus ontstaan. De hechtingen in je neus zijn na drie of vier weken vanzelf opgelost.

Adviezen voor thuis

  • Peuter niet met de vingers in je neus.
  • Smeer 3 maal daags het wondje onder de neus en de neusgaten in met fucidinezalf.
  • Spoel je neus 6 keer per dag met een zoutoplossing (een halve afgestreken theelepel zout oplossen in een beker lauw warm water en met behulp van een spuitje de neus spoelen). Naarmate je neus schoner wordt, bouw je het aantal keren spoelen af.
  • De eerste 7 dagen na de operatie spray je 3 maal daags je neus. In elk neusgat 2 pufjes, met xylometazoline 1.0 mg/ml. Negeer de opmerking in de bijsluiter over het niet gebruiken na een neusoperatie.
  • Voor een optimaal resultaat met zo klein mogelijke kans op post-operatieve veranderingen, is het raadzaam om:
    • De eerste week na de operatie geen inspanning te verrichten en niet te gaan werken.
    • De eerste 2 weken geen fysieke activiteit, geen sport gedurende de eerste 4 weken en geen contactsporten gedurende de eerste 8 weken (dan staat de neus pas vast).
    • De eerste twee weken na de operatie de neus niet snuiten. De neus ophalen mag wel.
    • De mond open te houden, wanneer je moet niezen.
    • De eerste twee weken na de operatie rokerige ruimtes te vermijden.
    • De eerste twee weken na de operatie niet te gaan zwemmen of naar de sauna te gaan. Je kunt gewoon douchen. In bad gaan mag ook, tenzij het water niet te warm is.
    • De eerste nachten te slapen met een extra kussen.
  • Bij pijn paracetamol gebruiken.

Problemen thuis

Neem contact op met de polikliniek KNO-heelkunde (telefoonnummer: 0413 - 40 19 47) of met je huisarts/huisartsenpost, wanneer:

  • Je koorts krijgt boven de 38.5 C.
  • Je een kloppende pijn krijgt aan je neus.
  • Je neus verstopt blijft en je krijgt deze met spoelen en sprayen niet open.
  • Je neus flink gaat bloeden en de bloeding niet binnen 15 minuten stopt.

Mocht het nodig zijn dat je buiten kantooruren naar de huisartsenpost moet komen, volg bij het ziekenhuis dan de borden ‘Spoedpost’.

Vragen

Wanneer je na het lezen van deze informatie nog vragen hebt, neem dan gerust contact op met:

  • Polikliniek KNO-heelkunde, telefoonnummer: 0413 - 40 19 47
  • B2-West/Short Stay, telefoonnummer 0413 - 40 32 04

Meer informatie

Ga voor meer algemene informatie naar www.kno.nl.