Skip to Content

Couveuse afdeling

Uw baby is opgenomen op de couveuse afdeling van Bernhoven. De couveuse afdeling maakt onderdeel uit van de kinder- en jongerenafdeling (routenummer 470). Op deze afdeling worden pasgeborenen opgenomen die specialistische zorg nodig hebben. Afhankelijk van de situatie ligt uw baby in een couveuse of in een wieg. We heten u welkom. Met deze folder maakt u alvast kennis met de afdeling.

U bereikt de couveuse-afdeling via telefoonnummer: 0413 - 40 34 79. Dag en nacht kunt u de verpleegkundige bellen om te horen hoe het met uw baby gaat. Informatie over uw baby wordt alleen aan u als ouders/verzorgers gegeven.

Wij vragen u dringend te vermelden

  • Als u als ouder / verzorger en uw kind woont op een bedrijf met varkens en of vleeskalveren of u beroepsmatig hiermee in contact komt.
  • Als u als ouder / verzorger opgenomen bent geweest in een zorginstelling waar MRSA aanwezig was.

Dan kunnen wij passende maatregelen treffen.

1. Wie werken er allemaal?

Kinderartsen

Een kinderarts is een arts die gespecialiseerd is in het behandelen van zieke kinderen tussen de 0 en 18 jaar. In Bernhoven werken elf kinderartsen. Elke dag, ook in het weekend, is er een kinderarts aanwezig op de kinder- en jongerenafdeling.

Physician assistant

Op de couveuse-afdeling werkt een physician assistant (PA-er). De PA-er werkt als de rechterhand van de kinderarts. De PA-er is zelf geen (kinder)arts, maar is wel medisch opgeleid en verricht medisch handelingen. Denk hierbij aan het uitvoeren van een lichamelijk onderzoek, het opstellen en uitvoeren van het behandelplan, de (acute) opvang van de pasgeborene en het geven van voorlichting aan ouders. Ook loopt de PA-er iedere ochtend samen met de verpleegkundige 'visite', waarbij nieuwe afspraken voor die dag worden gemaakt. De gemaakte afspraken worden altijd aan u doorgegeven. Gemiddeld één keer per week spreekt u de PA-er of kinderarts. Wanneer dat nodig is natuurlijk vaker. U kunt dit overleggen met de verpleegkundige. De PA-er van de kinderartsen draait ook het poliklinisch zuigelingenspreekuur voor baby's die opgenomen zijn geweest op de couveuse-afdeling.

Verpleegkundigen

Op de couveuse-afdeling werken kinderverpleegkundigen, neonatologieverpleegkundigen en/of verpleegkundigen in opleiding. De verpleegkundigen verlenen de dagelijkse zorg aan uw baby. De verpleegkundige voert tijdens de opname van uw kind regelmatig een zorggesprek met u. In dit gesprek wordt u op de hoogte gehouden van het verpleegkundig zorgproces van uw kind. Tijdens dit gesprek bespreekt u uw vragen of opmerkingen en samen met de verpleegkundige stemt u de zorg af voor de komende periode.

Fysiotherapeut / (pré)logopedist

Op verzoek van de kinderarts kan de fysiotherapeut uw kind observeren. De fysiotherapeut observeert o.a. de ontwikkeling van een goede houding en bewegingen van uw kind. De (pré)logopedist wordt ingeschakeld wanneer de drinktechniek van uw kind aandacht nodig heeft.

Maatschappelijk werker

Ziekte, behandeling en opname van uw baby in het ziekenhuis kunnen een extra druk betekenen voor u en uw omgeving. Er kunnen bijvoorbeeld problemen ontstaan in uw gezin of op uw werk. Ook kunnen zich praktische problemen voordoen. Door de ziekte of behandeling van uw baby kan bijvoorbeeld thuis hulp nodig zijn. De maatschappelijk werker helpt ouders wanneer het niet goed lukt om bovenstaande problemen zelf op te lossen. Indien u hier behoefte aan heeft, dan kan de verpleegkundige deze voor u inschakelen.

2. Verblijf op de couveuse-afdeling

Rooming in

Op onze afdeling is het mogelijk om in te roomen met uw kindje. Dit betekend dat u als ouder met uw kindje op een 1 persoons kamer ligt. Dit is alleen mogelijk als:

  • uw kindje geen ademhalingsondersteuning (nCPAP) nodig heeft
  • uw kindje stabiel is
  • U als kraamvrouw stabiel bent.

Er is een slaapbank aanwezig voor uw partner, waardoor beide ouders kunnen blijven slapen. Als u overdag een paar uurtjes naar huis wilt, of thuis wilt slapen, dan mag dit ook. We hebben een aantal kamers tot beschikking voor rooming in. Indien u hier gebruik van wilt maken, kunt u dit aangeven bij de verpleegkundige.

Family Centered Care

Op één staat het samenzijn van het gezin. We werken dan ook intensief samen met de kraamafdeling. Dit betekend dat het ook voor kan komen dat u met uw kindje op de kraamafdeling ligt en wij daar de zorg leveren. Andersom komt de kraamverpleegkundige, indien nodig, zorg leveren aan u als moeder op de rooming in.

Uw aandeel

We willen u als ouders zoveel mogelijk betrekken bij de verzorging van uw baby. Contact maken kan door buidelen, aanraken en praten. Ook het verzorgen van de mond, het verschonen van de luier en de temperatuur opnemen kunt u zelf doen. Naarmate uw kind opknapt, kunt u zelf de verzorging geleidelijk uitbreiden. Ons uiteindelijke doel is dat u uw kind helemaal zelf verzorgt.

Wassen en wegen

Het wassen en/of wegen van uw baby gebeurt ’s morgens, tenzij u als ouders een afspraak met de verpleegkundige heeft gemaakt om uw baby op een ander tijdstip te verzorgen.
Op de kamer van uw kindje hangt een planbord. Hier kunt u opschrijven wanneer u komt en wat u wilt doen; zoals in bad doen en/of voeden. Op dit bord ziet u ook welke verpleegkundige op dat moment voor uw kind zorgt. Uiteraard mag uw kind eigen kleertjes aan, als uw baby niet bloot verpleegd hoeft te worden. Was de kleding thuis op 60 graden en gebruik geen wasverzachter. Het ziekenhuis kan niet aansprakelijk worden gesteld voor het zoekraken van kleding en/of speentje.

Ontwikkelingsgerichte zorg

Bij te vroeg geboren baby's willen we een omgeving creëren die de baarmoeder zoveel mogelijk nabootst en zo de groei en ontwikkeling van de baby’s ondersteunt. Dit wordt ook wel ontwikkelingsgerichte zorg genoemd. Ontwikkelingsgerichte zorg is gericht op comfort, stabiliteit en het verminderen van stress bij de pasgeborene. Daarnaast wordt de relatie met de ouders zoveel mogelijk gestimuleerd.

Kangoeroeën ('buidelen')

Door te kangeroeën ofwel buidelen kunt u het contact met uw kind bevorderen. Uw kind ligt (minimaal een half à een uur), met slechts een luier aan, op uw blote borst. Uw baby ervaart het contact door de aanwezigheid van uw stem, geur, warmte en uw aanraking.

Dagboek

Als u het leuk vindt, kunt u een dagboekje bijhouden van uw pasgeboren kind. U kunt hiervoor een eigen schrift of boekje gebruiken. Als u dit bij uw kind neerlegt, kan ook de verpleegkundige af en toe een stukje over uw kind schrijven.

Geurdoekje

Om uw kind vertrouwd te maken met uw geur, kunt u in de couveuse een doekje leggen dat u een uur of meer op uw huid heeft gedragen.

Fopspeen

Als uw kind zuigbehoefte heeft kunt u hem/haar een fopspeen geven. In verband met de hygiëne moet de speen dagelijks uitgekookt worden. Dit betekent dat u minimaal twee spenen moet kopen. Op de afdeling bestaat de mogelijkheid tot het uitkoken van speentjes en flesjes.

Kind in beeld (cameravoorziening)

De couveuse-afdeling heeft een cameraverbinding waarmee we uw kind in beeld kunnen brengen. Met deze cameraverbinding tussen ouder en kind kunt u als moeder op de kraamafdeling, of als ouders thuis uw pasgeboren kindje op de couveuse-afdeling (via internet) live zien. Alleen de ouders krijgen een persoonlijke inlognaam en wachtwoord. Hiermee logt u in op uw eigen computer, telefoon of tablet en kunt u de beelden bekijken van uw baby. U als ouders bepaalt zelf aan wie u de inloggegevens geeft. Wij adviseren u terughoudend te zijn met het doorgeven van deze inloggegevens. In sommige gevallen krijgt u geen beeld, dit kan te maken hebben met een technische storing of de verpleegkundige heeft de camera tijdelijk even uitgezet. Cameravoorziening is alleen mogelijk als u géén gebruik maakt van de rooming in.

Hielprik

Iedere pasgeborene krijgt een hielprik na de geboorte, waarvoor u als ouder toestemming moet geven. Het bloed van de hielprik wordt onderzocht op 27 verschillende aandoeningen. Mocht uw kind eerder met ontslag gaan, dan komt de GGD bij u thuis voor de hielprik.

Meer informatie hierover kunt u lezen op de website www.pns.nl/neonatale-screeningen/hielprik 

Brusjeskoffer

Brusje(s) zijn de broer(s) en zus(sen) van een couveusekind. Zij snappen vaak niet wat er gaande is. Zij hebben er een nieuw broertje of zusje bij, maar die is niet thuis. Ook hun ouders zijn vaak niet thuis. Het is moeilijk voor ouders om goed uit te leggen wat er precies gaande is, vooral als de andere kinderen nog jong zijn. Voor deze doelgroep hebben wij een brusjeskoffer ontwikkeld. Deze koffer bevat verschillende materialen waarmee het brusje spelenderwijs vertrouwd kan raken met hetgeen er rondom de baby in het ziekenhuis gebeurt en kunnen ze betrokken worden bij de zorg voor hun nieuwe broertje of zusje. De brusjeskoffer kan geleend worden via het ziekenhuis.

3. Bezoek

Artsen en verpleegkundigen van de couveuse-unit zijn zich bewust dat ouders en hun baby elkaars aanwezigheid hard nodig hebben. We vinden het dan ook belangrijk dat u en uw baby regelmatig tijd met elkaar kunnen doorbrengen.

Ouders zijn natuurlijk alle uren van de dag welkom, ook broertjes en zusjes. Zodoende kunt u veel bij uw kind zijn. U als ouder, blijft altijd verantwoordelijk voor uw kinderen. Ook vragen wij u vriendelijk dat meegekomen broer(s) en/of zus(sen) zich rustig gedragen en nergens aankomen.

Broertjes en zusjes mogen echter niet op de afdeling komen als ze last hebben van:

  • uitslag of rode vlekjes op hun lichaam;
  • krentenbaard;
  • keelpijn of verkoudheid;
  • diarree of overgeven;
  • als er op school of in de buurt een kinderziekte heerst.
    Overleg bij twijfel vooraf met de verpleegkundige.

U kunt uw komst het beste combineren met de voedingstijden van uw baby. Als u niet samen met uw partner kunt komen, kunt u eventueel iemand anders meenemen.

Toegangspas

Om op de kinder- jongerenafdeling en op de couveuse-afdeling te komen moet u een toegangspas gebruiken. Bij de klapdeuren hangt zo'n pas, die werkt tussen 6.00 en 21.00. U kunt zelf gratis een pas halen bij de balie van de receptie in de hal van het ziekenhuis (één per gezin), zodat u ook buiten deze tijden zelf de afdeling op kunt. Voor noodgevallen is er ook een rode knop, zodat de verpleegkundige de deur kan openen. U hoeft dus niet voor de pas te betalen. Wel blijft de pas eigendom van Bernhoven en u moet hem weer inleveren als u hem niet meer nodig heeft. Als u de pas verliest moet u wel betalen, dan kost dat €25.

De toegangspas is een week geldig. Heeft u de pas langer nodig, dan kunt u deze laten verlengen bij de receptie in de hal. Heeft u de toegangspas niet meer nodig, lever de pas dan in bij de balie van de receptie.

Bezoek familie en vrienden

Bezoek door overige familieleden en vrienden is alleen mogelijk onder begeleiding van tenminste één van de ouders. Bezoek dient afgestemd te worden met de ouders. Bezoekers die ziek of verkouden zijn, mogen niet de afdeling op in verband met besmettingsgevaar. In verband met de privacy mag uw bezoek niet bij andere baby’s gaan kijken.

Tot slot geldt dat de arts of de verpleegkundige, in het belang van het kind, in bepaalde situaties het bezoek kan verzoeken weg te gaan of het bezoek te weigeren.

4. Hygiënevoorschriften

Om infecties te voorkomen vragen wij u en uw bezoek zich aan een aantal hygiënische voorschriften te houden. Dit is even wennen, maar wel nodig.

  • Laat uw jas achter op de gang. Laat in uw jas geen waardevolle bezittingen achter; Bernhoven is niet aansprakelijk voor verlies of diefstal van uw eigendommen.
  • Verwijder eventuele sieraden aan handen en polsen.
  • Was uw handen en onderarmen grondig met water en zeep en droog ze daarna goed af. Vervolgens besprenkelt u uw handen met een desinfecterend middel en wrijft u uw handen totdat deze droog zijn (ongeveer 30 seconden).

Wanneer dat nodig is, kan de verpleegkundige u vragen extra maatregelen te treffen om infectie te voorkomen. Bijvoorbeeld het dragen van een mondmasker wanneer u verkouden bent of een koortslip heeft. Wilt u er zelf voor zorgen dat het bezoek op de hoogte is van de hygiënevoorschriften op de afdeling?

5. Voeding

Borstvoeding

Voor een te vroeg geboren baby is moedermelk extra belangrijk. Hiermee geeft u extra stoffen door (eiwitten, mineralen, groeifactoren en antistoffen) voor de ontwikkeling van de nog onrijpe darmen, de longen en de hersenen van uw baby. Ook kan borstvoeding de band tussen u en uw baby bevorderen. Met de verpleegkundige kunt u overleggen wanneer u met borstvoeding kunt beginnen en zij kan u hierbij begeleiden. Als uw baby nog niet aan de borst kan, omdat hij of zij bijvoorbeeld te vroeg is geboren, kunt u al wel starten met het afkolven van de moedermelk. Deze moedermelk kan dan via een sonde of per fles aan uw baby worden gegeven. Op de kraamafdeling en op de couveuse-afdeling zijn kolfapparaten en flesjes beschikbaar. De afgekolfde moedermelk moet koel bewaard blijven en binnen 48 uur gegeven worden. Vermeld het tijdstip en de datum van het kolven en de naam van uw kind op het flesje. Eventueel kan de melk thuis ingevroren worden, binnen 24 uur na het afkolven. Deze melk is dan drie maanden houdbaar.

Binnen Bernhoven werken wij volgens de opgestelde criteria van de WHO/Unicef mbt 'Zorg voor Borstvoeding'.

Flesvoeding

Ook als u flesvoeding kiest voor uw kind, begeleidt de verpleegkundige u hierin. Zij vertelt u hoe u de voeding moet klaar maken, welke speen geschikt is voor uw kind en waar u op moet letten tijdens het geven van een voeding.

In verband met de hygiëne moet de fles en speen dagelijks uitgekookt worden. Dit betekent dat u minimaal twee flessen moet kopen. Kook nieuwe flessen en spenen voor het eerste gebruik altijd uit. Doe dit vervolgens één keer per dag. Zet hiervoor koud water op, eventueel met een scheutje azijn tegen kalkaanslag. Om te voorkomen dat de flesjes stuk koken, kunt u dit het beste doen in een pan met een doek op de bodem. Kook de fles vijf minuten uit en de speen en de ring (los van elkaar) drie minuten. Op de afdeling is er ook een mogelijkheid tot uitkoken.

Infuus

Sommige baby’s kunnen de voeding nog niet via de maag en darmen opnemen. We geven dan vocht en calorieën via het infuus. Ook kunnen we via het infuus medicijnen geven. We brengen het infuus met behulp van een naald in een bloedvat in de arm, het been of het hoofd van uw kind.

Sondevoeding

Uw kind kan ook voeding krijgen via een sonde. Bij een sonde krijgt de baby via een slangetje de voeding toegediend. Dit slangetje loopt via de neus en de slokdarm naar de maag.

6. Voorzieningen

Eten en drinken

Ouders kunnen tegen betaling eten in de lounge op de afdeling. De gastvrouw informeert u hier graag over. In Bernhoven is een brasserie en restaurant, waar u ook tegen betaling kunt eten. Ook uw bezoekers kunnen gebruik maken van deze voorzieningen in het ziekenhuis. 

Post

De post wordt dagelijks op de afdeling bezorgd, met uitzondering van zon- en feestdagen. Wil je post versturen naar een patiënt in Bernhoven? Vermeld dan onderstaande gegevens duidelijk op de post:

Bernhoven
Naam en kamernummer
Postbus 707
5400 AS Uden
Kamernummer
Afdeling B4 oost

Het is ook mogelijk om via de Vrienden van Bernhoven een kaartje te sturen via Kaartje2go. Er gaat dan een kleine bijdrage naar deze stichting die zich inzet voor een aangenaam verblijf.

7. Het ontslag

Zodra de datum van het ontslag van uw baby bekend is, hoort u dit zo snel mogelijk. Dit kan enige dagen van te voren zijn, of toch vrij plotseling.
De arts evalueert met u in een laatste gesprek het verblijf van uw kind in het ziekenhuis. De verpleegkundige kijkt samen met u nog een keer terug op de periode in het ziekenhuis en geeft u tips en richtlijnen mee voor de eerste tijd thuis. We hebben ook een folder 'Als uw baby naar huis mag' met tips voor thuis. Zo nodig krijgt u ook een afspraak mee voor een poliklinische controle bij de psychician assistant of kinderarts. We brengen de huisarts en consultatiebureau-arts ervan op de hoogte dat uw kindje naar huis komt. Als u bezwaar hebt tegen het doorsturen van medische informatie naar de jeugdarts, moet u dit schriftelijk doorgeven aan de behandelend kinderarts. De verpleegkundige maakt een brief met daarin een overdracht over uw kindje. Deze krijgt u mee voor uw verloskundige en/of kraamzorg.

Recept voor medicijnen

Wanneer u een recept mee krijgt voor medicijnen in de vorm van een AMO-r, kunt u die bij uw eigen apotheek ophalen of bij de RegioApotheek in Bernhoven, naast de hoofdingang. 

Nazorg

Het is heel goed mogelijk dat, vooral in het begin, thuis nog vragen bij u opkomen over het wel en wee van uw kind. In bepaalde gevallen kunt u gebruik maken van de couveuse-nazorg. Dit betekent maximaal twaalf uur kraamzorg verdeeld over maximaal vier dagen. De gespecialiseerde kraamverzorgende maakt u vertrouwd met de dagelijkse verzorging van uw kind en helpt u op weg tijdens de eerste dagen dat uw kind thuis is. Als u deze couveuse-nazorg wilt, is het goed dit op tijd met de verpleegkundige te bespreken. U moet zelf bij uw verzekeringsmaatschappij navragen of de couveuse-nazorg wordt vergoed.

8. Praktische tips

Als uw kind na een korter of langer verblijf op de couveuse-afdeling naar huis mag, komen er vaak praktische vragen bij u op. Daarom enkele adviezen en tips die voor u en uw kind van toepassing kunnen zijn in de thuissituatie.

Bij ontslag wordt (in overleg met de kinderarts/PA-er) met u besproken hoeveel voeding uw kind nodig heeft (meestal zeven voedingen). In het ziekenhuis is uw kind wellicht gewend geraakt aan de voedingstijden van het ziekenhuis. In de thuissituatie kunt u deze tijden aanhouden of langzaam aanpassen aan uw eigen dagritme.

Borstvoeding

Krijgt uw kind borstvoeding dan mag hij of zij in principe drinken naar behoefte. Aan de tevredenheid van uw kind merkt u snel genoeg of uw kind genoeg voeding krijgt. Ook aan de natte luiers en het toenemen van het gewicht van uw kind kunt u zien dat uw kind genoeg drinkt. Eventueel kunt u op het consultatiebureau een afspraak maken om uw kind af en toe te wegen. Vaak zijn er speciale weeguurtjes.

Een kind dat borstvoeding krijgt, heeft meestal zachte, dunne ontlasting. Het aantal vuile luiers per dag kan variëren van één in de zes dagen tot zes luiers per dag. Zolang u uw kind borstvoeding geeft, moet u uw kind vanaf de achtste dag, iedere dag extra vitamine K (gedurende de eerste drie maanden na de uitgerekende datum) en vitamine D geven. Deze vitamines koopt u bij de apotheek of drogist.

  • Vitamine D: wordt met name gebruikt voor de botontwikkeling.
  • Vitamine K: is nodig voor de bloedstolling.

Flesvoeding

Krijgt uw kind flesvoeding dan is het belangrijk de instructies op de verpakking te volgen. De voeding die u in de winkel koopt, is altijd in poedervorm. Controleer altijd of de voeding op de juiste temperatuur is, bijvoorbeeld door een druppel voeding op de binnenkant van de pols te laten vallen. Vanzelfsprekend moeten de fles en de speen na gebruik goed schoongemaakt worden. Uit hygiënisch oogpunt kunt u de fles en de speen het beste dagelijks uitkoken.

Temperatuur

Als uw kind naar huis mag, betekent dit onder andere dat hij of zij bewezen heeft zich goed op temperatuur te kunnen houden. Het is dus niet nodig om uw woning extra warm te maken. Stel uw kind niet bloot aan tocht! Wel kan het zijn dat uw kindje de eerste dag wat schommelt in temperatuur, gezien de andere omgeving.

Ouders voelen zich vaak onzeker over de temperatuur van het kind. Om te controleren of uw kind het te warm of te koud heeft, kunt u hem of haar één of twee keer per dag temperaturen. Als de temperatuur tussen de 36.8 en 37.2 °C is, is de temperatuur goed. Is de temperatuur lager dan 36.8 °C dan moet u uw kind warmer kleden. Is de temperatuur hoger dan 37.2°C dan moet u uw kind minder warm kleden. Als de temperatuur daarna nog te hoog of te laag blijft kunt u het beste contact opnemen met uw huisarts.

Buiten wandelen

U kunt met uw kind buiten wandelen. Ook in de winter kunt u gewoon wandelen, zelfs al vriest het. Leg dan een kruik in de wandelwagen en controleer via de buik of hals van uw kind of het warm genoeg is. Handjes en voetjes zijn geen goede graadmeter voor de temperatuur van uw kind, deze zijn veel sneller koud dan de rest van het lichaam. Wanneer u uw kind in een draagdoek meeneemt naar buiten, let ook dan op de temperatuur. Houdt er rekening mee dat uw lichaamstemperatuur ook overgedragen wordt op uw kind.

Houding

Wij adviseren u om uw kind op de rug te laten slapen in verband met veilig slapen. Wanneer uw kind wakker is, mag hij of zij, onder toezicht, zeker ook op de buik of de zij liggen. Regelmatig uw kind in verschillende houdingen leggen is goed om geen voorkeurshouding te ontwikkelen en bevordert een goede motorische ontwikkeling. Sommige vroeggeborenen hebben de neiging zich overmatig te strekken in de romp en de benen. Een licht gebogen houding, zoals in een babystoeltje of hangmat, is dan op enkele momenten van de dag aan te raden.

Huilen

Het is normaal dat baby's één à drie uurtjes huilen op een dag. Probeer in eerste instantie een oorzaak te vinden voor het huilen en neem, indien mogelijk, deze oorzaak weg. Verder worden baby's door koesteren bijna altijd rustig. Eventuele oorzaken van huilen:

  • Honger;
  • Volle luier;
  • Er zit een boertje dwars, na de voeding;
  • Darmkrampjes, in dit geval huilt de baby hard en hardnekkig en maakt een gespannen indruk;
  • Zoekt contact;
  • Uit zijn doen;
  • Overgang ander voedingsritme;
  • Te warm of te koud.

9. Meer informatie

Om te lezen

Bij opname krijgt u een informatiefolder over de afdeling. Boeken over couveusekinderen kunnen een belangrijke hulp zijn bij de verwerking van de opname. Enkele voorbeelden:

  • We houden uw kindje nog even hier; Richard de Leeuw en G. J. Kloosterman.
  • Te vroeg geboren; Richard de Leeuw en Lilian Bakker.
  • Bevallen en opstaan; Jetske Spanjer e.a.
  • Ik heb een zusje, maar ik mag alleen naar haar kijken; Maaike Sigar, Richard de Leeuw, Dick Bruna.
  • De vroege ontwikkeling in handen; S. da Costa e.a.
  • Vroeggeboorte; Cora de Vos.

Patiëntenverenigingen

  • Care4neo
    Care4Neo (voorheen Vereniging van Ouders van Couveusekinderen - VOC) behartigt de belangen van ouders waarvan het kind direct na de geboorte wordt opgenomen in een ziekenhuis. Ouders met een te vroeg geboren kindje zijn, in een nieuwe en spannende fase van hun leven, erg geholpen met heldere en toegankelijke informatie en steun. Meer informatie: www.care4neo.nl/
  • Borstvoeding
    Op de website Zorgwijzer.nl vindt u een kennisdossier over borstvoeding. In dit dossier vindt u allerlei informatie over borstvoeding: www.zorgwijzer.nl/zorgwijzers/borstvoeding
  • Nederlandse Vereniging voor ouders van meerlingen (NVOM)
    Bij deze vereniging kunt u met al uw vragen en twijfels terecht. De vereniging is telefonisch bereikbaar op maandag tussen 9.00-11.15 uur en elke eerste maandag van de maand tussen 20.30-21.30 uur, 0900 - 6337564. Meer informatie: www.nvom.net

10. Heeft u nog vragen?

We hopen dat we u met deze folder voldoende informatie hebben gegeven over onze afdeling. We vinden het belangrijk te weten wat u vindt van de zorg die we aan uw kind geven. Daarom stellen we het op prijs als u met vragen, suggesties en ervaringen naar ons toe komt. Op die manier kunnen we zo goed mogelijk voor uw kind en andere kinderen zorgen.